Bij StiPP heeft u de mogelijkheid om te kiezen tussen een stabiele of variabele pensioenuitkering. U kunt deze keuze maken op het moment dat u met pensioen gaat, maar ook al eerder:
- Op uw 57e maakt u een voorlopige keuze door te kiezen tussen beleggen voor een stabiel of variabel pensioen. Zo bepaalt u zelf hoe u de laatste tien jaar voorafgaand aan uw pensioendatum wilt beleggen. U kunt uw keuze voor beleggen voor een stabiel of variabel pensioen opnieuw doorgeven zodra uw vorige keuze is doorgevoerd. Dit is zichtbaar in Mijn StiPP Pensioen.
- Op uw pensioendatum maakt u een definitieve keuze voor een stabiel of variabel pensioen. Deze keuze bepaalt of u vanaf dat moment levenslang maandelijks een vast bedrag ontvangt (‘stabiel pensioen’) of dat dit bedrag per jaar kan wijzigen (‘variabel pensioen’). Bij een variabel pensioen wordt uw pensioenkapitaal doorbelegd en profiteert u van het rendement wanneer het goed gaat, maar loopt u ook het risico van een lager rendement. Uw pensioenuitkering kan daarom jaarlijks stijgen, maar ook dalen.