Overlijden

In de pensioenregeling van StiPP is in een aantal situaties pensioen voor uw nabestaanden geregeld. Klik hieronder op de situatie die voor u geldt.

Wie ziet StiPP als nabestaande?

U bent nog niet met pensioen
Uw nabestaande is degene met wie u bent getrouwd of een geregistreerd partnerschap heeft. Daarnaast komen ook kinderen tot 18 jaar in aanmerking voor een uitkering. 

In de Plusregeling geldt dat als u officieel samenwoont, uw partner ook gezien wordt als nabestaande. U moet dan wel minimaal zes maanden op hetzelfde adres wonen en een notarieel samenlevingscontract hebben. Als u deelneemt aan de Basisregeling, dan wordt uw samenwoonpartner niet als nabestaande gezien. 

Huwelijken en geregistreerde partnerschappen worden bij de gemeente geregistreerd. Deze krijgt StiPP automatisch door via de gemeente. Als u samenwoont, dan wordt uw partner niet geregistreerd. 

U ontvangt al een ouderdomspensioen van StiPP
Het partnerpensioen na pensionering is bestemd voor de partner die de overledene had op het moment dat deze met pensioen ging. Daarnaast komen ook kinderen tot 18 jaar in aanmerking voor een uitkering. De partner is degene met wie de overledene was getrouwd of een geregistreerd partnerschap had. Was de overledene voor pensionering deelnemer in de Plusregeling? Dan geldt dat als de overledene officieel samenwoonde, de partner ook gezien wordt als nabestaande. De overledene en de partner moeten dan – op het moment van met pensioen gaan – wel minimaal zes maanden op hetzelfde adres wonen en een notarieel samenlevingscontract hebben. Kreeg de overledene na pensionering een (nieuwe) relatie? Dan heeft de (nieuwe) partner geen recht op partnerpensioen.